Houdingen tegenover de natuur (8)

4.5. De mens als participant of deelhebber aan het grotere geheel van de natuur.

Kenmerkend voor deze houding is het besef deel te hebben aan het grotere geheel van de natuur. Dit berust op een bewustzijn van verbondenheid met het geheel van de natuur, een bewustzijn van wat je gemeenschappelijk hebt. Dit bewustzijn van dat gemeenschappelijke met de natuur doet de mens zich identificeren met de natuur. En als je je gaat identificeren met de natuur, kom je ook tot daadwerkelijke solidariteit met de natuur, solidariteit met de belangen van andere levende wezens in de natuur, de dieren en de planten.

Het individuele en vaak dikke , afgesloten en op eigenbelang gerichte ego ontwikkelt zich dan tot een ruimer en opener zelf dat zich onderdeel voelt en weet van een groter zelf en daarvoor verantwoordelijk is om gezamenlijk te overleven. De Israëlische natuurfilosoof Hans Jonas spreekt hierbij van een houding van beschermen en behouden om gezamenlijk te overleven. Deze houding vloeit voort uit het nieuwe mensbeeld waar we naar toe groeien, een nieuw beeld van onszelf: de verantwoordelijke mens. Een nieuw mensbeeld, dat ons leert om zodanig te handelen dat de gevolgen van ons handelen niet in strijd zijn met de duurzaamheid van alle leven op deze planeet.

Bestaan is kwetsbaar, zegt hij, en heeft alleen daarom al een bepaalde waarde. Voelen en begrijpen wat die kwetsbaarheid inhoudt, wakkert een gevoel van verantwoordelijkheid aan. Jonas verzet zich tegen de verinstrumentalisering van de aarde door de techniek en wetenschap die onze planeet als een exploiteerbaar en verhandelbaar ding beschouwen. Die kwetsbare aarde moet juist beschermd worden. Hij pleit dan ook voor een morele transformatie in de richting van een nieuwe moraal waarmee je je eigen belangen of doelen kunt opgeven. Een moraal van zelfinperking, een moraal die ook op de toekomst georiënteerd is. Een moraal en verantwoordelijkheid  die meer te maken hebben met behoud, bescherming en preventie dan met vooruitgang of volmaaktheid, perfectie en zelfverrijking.

Hans Pijnaker

(wordt vervolgd)

Scroll naar boven